Morgen gaat N.E.C. op bezoek bij koploper NAC Breda in het Rat Verlegh Stadion voor alweer de negende wedstrijd van dit Keuken Kampioen Divisie seizoen. Bij winst voor NAC sleept de ploeg de eerste periodetitel in de wacht, aan N.E.C. daar een stokje voor te steken. Tevens is dit de laatste wedstrijd voor een nieuwe interlandperiode. Met de aanwezige pers werd door François Gesthuizen vooruitgeblikt op de wedstrijd van morgenavond.
“Voor mij wordt het leuk om terug te keren, ik heb bij NAC een hele mooie tijd gehad. Uiteindelijk ben ik een jongen uit de regio en heb ik hier ook al een tijd rondgelopen. Ik hoop daar drie punten op te halen. Het blijft de Eerste Divisie, ook al zijn zij koploper, we hebben wel wat dingen gezien waar ze kwetsbaar in zijn. Het heeft een paar keer meegezeten bij ze.”
Over de opstelling wil de oefenmeester nog niets prijsgeven. “Nee het is niet netjes om de opstelling al aan de media te vertellen als de jongens het zelf nog niet weten. Er zijn meerdere jongens die zich op de trainingen en in wisselbeurten willen bewijzen en aandienen. Alleen als trainer heb je met veel dingen te maken en meerdere afwegingen die je moet maken.”
Een overweging die al een tijdje speelt is Rens van Eijden. “Rens heeft een aantal wedstrijden gespeeld in de beloften, die zal daarin nog wat ritme moeten opdoen. Dat zegt hij zelf ook. Uiteindelijk zijn we zelf wel tevreden over hoe het nu gaat. Als je kijkt naar de goals die we tegen krijgen, dat zijn er veel, maar als je ze analyseert zijn het er heel veel uit spelhervattingen en situaties die daarop volgen. Dat had niet zo zeer met het verdedigende blok te maken. Maar goed Rens is onderdeel van de groep en zal weer wedstrijdritme moeten krijgen.”
“Morgen zal een goed leermoment worden voor veel jonge jongens in de heksenketel, dat weet je vooraf, zij kunnen periodekampioen worden. Dat hebben we aan veel jongens ook uitgelegd en hoe je ermee om kunt gaan. Laten we hopen dat we dit in ons voordeel zien te krijgen en die mensen stil krijgen en dat NAC dusdanig enthousiast aan de wedstrijd begint dat ze wat ruimtes weggeven, dat weet je niet, maar ook dat zijn mooie momenten voor deze jonge gasten om te ervaren. Een heksenketel is ook niet te trainen. 19.000 man op de tribune, dat moet je ervaren en laten we hopen dat iedereen er rustig onder kan blijven.”
“We hebben een gedreven team, we werken hard, maar de uitvoering is wisselvallig. Als er niet hard gewerkt zou worden dan kon ik nog wel eens boos worden, maar ze trainen hard. Maar dat zegt weinig, in de week van Dordrecht werd ontzettend goed getraind, maar de uitvoering was niet goed. Soms kun je het ook niet voorbereiden, een speler maakt een eigen goal, de scheidsrechter neemt een rare beslissing, het kan allemaal gebeuren.”
“Zelf heb ik daar misschien de beste tijd gehad in mijn carrière als speler. Promotie meegemaakt, overgang naar het nieuwe stadion en interlands gespeeld voor Jong Oranje. Wat dat betreft de mooiste periode in mijn spelerscarrière. Dat blijft wel mooi. Het enige wat we willen laten zien is dat we ervoor kunnen zorgen dat de Eerste Divisie eens niet alle kanten uitgaat. Dat maakt deze competitie ook zo lastig. Je ziet ook dat de teams die degraderen met veel moeite terug promoveren, als speler vond ik de Eredivisie makkelijker spelen”, besluit de trainer/coach.
